Eigen regie pakken om meer te bewegen
Als werkgever kun je zoveel faciliteren als je wilt. Maar met alleen een stabureau ben je er niet. Want het ging al niet zo goed, maar internationale studies laten zien dat het aantal stappen dat mensen op een dag zetten door de pandemie nog harder is gedaald. En dat in heel Europa. Want ontbijten in de woonkamer en naar kantoor op zolder met een keertje koffie halen tussendoor, zorgt op het einde van de dag niet voor een stappenaantal van 10.000, ook geen 5.000 maar hoogstens een barre 2.500. En dit wist je zelf ook wel.
‘Er is nu niks aan de hand toch?’
Maar waarom doen we hier dan niks aan? Eigenlijk kun je jezelf deze vraag ook stellen over een onderwerp als het klimaat. Totdat er hagelstenen als pingpongballen uit de hemel komen, steekt een grote groep mensen geen vinger uit om het klimaat te helpen. En dit komt simpelweg doordat het heel moeilijk is om gewoonten en gedrag te veranderen. Datzelfde geldt voor medewerkers die weten dat ze meer moeten bewegen, maar dit niet doen. Of werkgevers die hier niet kritisch genoeg op zijn. En om de reden dat de klachten zich bij te weinig beweging vaak pas later voordoen, doet men er tot die tijd weinig aan.
Hoop en angst
Gedragsverandering kun je zien als de lakmoesproef voor cultuurverandering. Dus als het om cultuurverandering gaat, waarom dan niet rechtstreeks het gedrag aanpakken? Sommigen proberen het met doemscenario’s en alarmistische verhalen door te weinig bewegen te vergelijken met roken of mensen te choqueren door te zeggen dat we Europees kampioen zitten zijn. Zo hopen ze mensen wakker te schudden. Anderen denken dat een hoopgevend verhaal beter werkt: een verhaal dat oplossingen laat zien en je vertelt dat het anders kan, béter. Uit onderzoek blijkt dat een combinatie van hoop en positiviteit met angst en negativiteit het beste werkt om gedragsverandering teweeg te stellen.
Aan de slag
Wil je medewerkers echt in actie laten komen en bewegen inbouwen in je cultuur? Dan is het zaak om in de boodschap zowel de (mogelijke) ernst van de situatie aan te kaarten, als hoop in de vorm van handelingsperspectief aan te bieden. Medewerkers kunnen namelijk altijd iets doen en met alleen eigen regie komen ze er niet.
3 tips om je medewerkers meer te laten bewegen
1. Tijd voor een vitaliteitsscan
Een idee kan zijn om iedere medewerker een vitaliteitsscan te laten doen. Zo geef je een korte reality check, maar ga je vervolgens samen op zoek naar passende oplossingen voor die medewerker. Om te zorgen dat het een onderdeel wordt van de bedrijfscultuur, kun je het scanmoment bijvoorbeeld koppelen aan de (half)jaarlijkse beoordelingsgesprekken.
2. Stel aanvoerders aan
Je kunt medewerkers natuurlijk niet verplichten om meer te bewegen of te sporten. En een medewerker iets opleggen vanuit het management wordt vaak anders ontvangen dan vanuit het team. Stel daarom een aantal aanvoerders aan op de werkvloer die andere medewerkers aansporen om meer te bewegen. Laat ze bijvoorbeeld een wekker voor elkaar neerzetten wanneer je moet staan achter je bureau of als een vergadering te lang duurt.
3. Verkort vergaderen
Een gemiddelde vergadering komt neer op zo’n 1,5 uur. Deze tijd wordt vaak op automatische piloot in onze agenda geblokt, terwijl het helemaal niet nodig is. Uit onderzoek blijkt dat onze aandacht na 30 minuten al bergafwaarts gaat en na 45 minuten is al 27% van die aandacht weggevallen. Na 45 minuten is die aandacht nog maar 64%. Met vergaderingen van maximaal 45 minuten kun je naast een kwartier om even je benen te strekken, voorkomen dat er kostbare tijd en energie verloren gaat.
Bronnen:
Radboud UMC, Milieudefensie, Managementsite, Ibabs
Wat doe jij al met het thema ‘bewegen’
binnen jouw bedrijf?
Deel je ervaringen met Lobke Witteman en wie weet lichten we jouw bedrijf als voorbeeld uit op onze website. Meer lezen over beweging? Bekijk dan alle artikelen en onze podcasts ‘1000 stappen’ op onze themapagina ‘Aan het werk met meer bewegen’.
Meer bewegen op de werkvloer?
Wil je je medewerkers helpen met meer bewegen? Ontdek met tips van experts, hoe ze in kleine stapjes meer gaan bewegen.