Slaap je slecht of heb je écht een slaapprobleem?
Lees de samenvatting
- Het verschil tussen slecht slapen en een chronisch slaapprobleem is belangrijk om te begrijpen voor je gezondheid.
- Slecht slapen is meestal tijdelijk en wordt vaak veroorzaakt door stress of zorgen.
- Chronisch slaapprobleem duurt lang (meer dan drie maanden) en komt vaak voor (meer dan drie keer per week).
- Chronisch slaaptekort kan leiden tot obesitas en diabetes type 2.
- Tips voor beter slapen zijn onder andere: vermijd piekeren, houd een regelmatig slaapschema aan, eet gezond en beweeg voldoende.
We kennen allemaal periodes waarin slapen lastiger gaat. Tegen een deadline aanwerken (en bang zijn die niet te halen) of relatieperikelen kunnen zorgen voor heel wat doorwaakte nachten. Maar wanneer zo’n spannende periode voorbij is en het daarna weer lukt om te slapen als een baby, is er niet zoveel aan de hand.
Over een echt slaapprobleem hebben we het als iemand meer dan drie keer per week slecht slaapt/niet in slaap komt en dat ten minste drie maanden lang. Overdag rondlopen als een zombie, concentratieproblemen, moeite met opstaan en constant rondlopen met een geprikkeld gevoel zijn meestal onlosmakelijk verbonden aan chronische slapeloosheid.
Slecht slapen is écht slecht
Te weinig slapen is funest voor onze gezondheid. Het verhoogt de kans op obesitas, diabetes type 2 en een verhoogde bloeddruk. Allemaal dingen waar we niet op zitten te wachten. Notoir slechte slapers hebben vaak helemaal niet door hoeveel invloed ze zelf hebben op hun nachtrust. Beter leren slapen kán, zegt Slaap Performance Coach Floris Wouterson in zijn boek Superslapen. Het gaat meestal om bepaalde gewoontes afleren en vervangen. Check dit rijtje maar eens:
1. Piekeren en klagen
Wie eindeloos nadenkt en praat over dingen die anders gaan dan had gemoeten, helpt zichzelf niet aan een goede nachtrust. Het is belangrijk om te beseffen en te accepteren dat er dingen buiten en binnen onze invloedssfeer liggen.
2. Geen structuur in naar bed gaan, opstaan en te weinig daglicht
Slechte slapers kunnen er een handje van hebben om te laat te gaan slapen, vaak uit te slapen, overdag dutjes te doen en halve dagen de gordijnen dicht te houden. Houd een strak ritme aan, ga elke dag op dezelfde tijd naar bed en sta op dezelfde tijd op. Laat genoeg daglicht naar binnen vallen, ga naar buiten en laat ’s avonds steeds minder licht schijnen. Vermijd vlak voor het slapengaan ook gebruik van schermen. Blauw licht houdt ons wakker. Slaap in een donkere kamer.
3. Te veel vet en zoet eten, koffie en wijn
Een teveel aan koolhydraten en suikers zorgt ervoor dat de spijsvertering niet optimaal werkt en door een te hoge concentratie cortisol wordt de slaap verstoord. Ook alcohol en koffie zitten een natuurlijk slaapritme in de weg. Let dus goed op wat je eet en drinkt.
4. Zittend werken, liggend series kijken
Iedereen weet dat bewegen belangrijk is, maar toch doen we het nog steeds te weinig. Want ach, zo dik is die buik toch niet? Bewegen is niet alleen goed om slank en fit te blijven maar ook essentieel voor onze nachtrust. Neem de trap, haal koffie voor de afdeling, maak een wandelingetje naar de bakker. Het is beter om dagelijks 10.000 stappen te zetten dan twee keer per week een uur te trainen in de sportschool.